December 2019 ligt ondertussen ver achter ons. In mij blijft die maand echter nazinderen. Voor het eerst in allicht mijn hele leven vond ik het een verschrikkelijke maand. Ik die zo houd van feestdagen kon nu alleen maar huilen bij de gedachte. En dat is wat ik deed: huilen. Mijn humeur bereikte een dieptepunt en ik dacht absoluut even dat de positiviteit van de voorbije maanden verdwenen was als sneeuw voor de zon.

Ik was intens gelukkig dat ik Kerst in Parijs kon doorbrengen. Het liet me ontsnappen aan alles en voor het eerst sinds lang was ik gewoon gelukkig en speelde de ziekte geen rol. Toen we echter thuis kwamen was dat gevoel in 1 2 3 weg. Maar toen werd het januari, verlangde ik naar doodgewone dagen en plots verdwenen ook de tranen. Samen met mijn negatieve kijk. Voor het eerst sinds lang voelde ik terug leven vanbinnen in mezelf. Licht dat sterker is dan de duisternis, die er nog steeds is maar de bovenhand niet meer lijkt te halen. We boekten een reis en Lies 2.0 werd geboren.

Het maakt natuurlijk niet alles goed, die reis. Maar het reizen is een belangrijk onderdeel van mijn bestaan. In 2019, ook al maakten we toen geweldige reizen, verloor ik mijn innerlijk enthousiasme over dit thema. Mijn hart ging er niet meer sneller van slaan, de tientallen euforie-momentjes die ik normaal wel voel bij dit thema waren weg. Het baarde me zorgen. Ik leek steeds verder te gaan afstaan van wie ik ben. En dat deed pijn. Maar het kwam terug.

Ik ben er dankbaar voor. Het laat me positief kijken naar de toekomst. Ik voel me beter, ook fysiek. De vermoeidheid zal waarschijnlijk de komende jaren, hopelijk tot het moment dat ik genees, een uitdaging vormen. Maar dat is oké. Er zijn andere bijwerkingen die me zwaarder vallen maar dan nog, ik mag niet klagen. Ik wil niet klagen.

Vallen er dan nooit geen tranen meer? Natuurlijk wel… 2019 was een bijzonder traumatiserend jaar. Ik kroop en kronkelde over de grond, verloor mezelf en was zo vaak bang dat ik, ik niet meer was. De confrontatie met je fysieke grenzen, de angst voor de dood en voor het niet zien opgroeien van je kinderen… het bracht me mentaal zwaar uit balans en het laat diepe sporen na. Dat ik me beter voel betekent dus niet dat die sporen zijn uitgewist.

Soms overvalt het me alsnog. Het leven van 2019 dat echt geen lachertje was. Ik miste door de ziekte bijna het volledige levensjaar van Estelle. Het woekerde al lang in mij en dat voel ik nu des te meer. Nu ik eindelijk terug een beetje mezelf ben, kijk ik terug naar een periode die me volledig uit balans bracht. Het zal mijn leven voor altijd veranderen en ook daarvan ben ik nog niet bekomen. Maar ik zie het positief en durf tegenwoordig zeggen dat het, gezien de omstandigheden, goed met me gaat.

Het is nog steeds een zoeken naar hoe ik het best voor mijn lichaam kan zorgen, hoe ik moet omgaan met de bijwerkingen en hoe ik mijn menselijke relaties dien in stand te houden. Want de ziekte wrat al mijn energie weg. Ook de energie om in mensen te stoppen. En dat laatste is nog niet altijd terug. Ik houd het voor mijn kinderen en verder raakt het vaak niet. Vind ik verschrikkelijk om luidop te zeggen maar het is een bikkelharde realiteit. Maar desondanks zie ik het positief. Want ik voel terug kriebels in mijn buik en ik vergeet soms dat ik ziek ben.

Ik ben er dus van overtuigd dat de rest ook op een bepaalde manier terugkeert. Maar dat ik mezelf nog wat meer tijd moet geven. En dat ik tranen mag toelaten want zo’n trauma laat je niet gewoon eventjes achter je. Het heeft me gebroken, heel erg. Naast het fysieke was de mentale slag niet min. Maar het maakt me tegelijkertijd sterker

Zoals je hoort zit ik op dit moment in een krachtige periode. Het leven loopt doodgewoon door. Zoals ik het graag heb. Misschien zelfs liever dan vroeger. Want vroeger hield ik wel van wat actie en vond ik saai echt saai. Gewone dagen, daar houd ik nu van. En in die doodgewone dagen leer ik voor mezelf zorgen. En daarna komt de rest wel… daarna komt de rest.

P.s.: ik besloot om vanaf nu telkens waneer het over chronische myeloïde leukemie gaat, dezelfde titel aan te houden. Schrijven is voor mij belangrijk en helpt me. Ik hoop heel erg dat de titel steeds minder vaak nodig zal zijn maar tot zolang het nodig is blijf ik hier met de nodige regelmaat over schrijven. 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.