Na onze boottrip planden we door te rijden naar Coral Bay, maar onze camper besliste daar anders over. Uiteindelijk stonden we vier lange dagen stil en zagen we onze ultieme bestemming aan onze neus voorbij gaan. Niet alles is even dichtbij in Australië en zeker wanneer je met kinderen reist, moet je soms andere keuzes maken. We beslisten om in de plaats het Kalbarri National Park te bezoeken. Een geheel ander stukje natuur maar wel eentje waar we ook deze keer weer enorm van onder de indruk waren.
Het nationaal park Kalbarri is een nationaal park in West-Australië met een oppervlakte van 1830 km², 485 km ten noorden van Perth. Je kan hier dus echt héél veel tijd spenderen. Met kindjes ben je echter wat beperkter, gezien de wandelingen daar niet allemaal even kindvriendelijk zijn. Onervaren door het nationale park trekken is trouwens geen goed idee. Gelukkig zijn er wel voldoende, korte en bewegwijzerde wandelingen.
Op dag één kozen we voor Hawks Head Lookout en daalden we af naar de rivier. Met onze drie koters was die afdeling best pittig. Maar de beloning van het frisse rivierwater en het prachtige uitzicht was groots. We genoten volop van de prachtige omgeving. Het park doet je een beetje denken aan een miniversie van de Grand Canyon.
De volgende dag bezochten we het beroemde “Nature’s Window”. Je legt daarvoor een korte wandeling af. Nature’s Window ligt bovenaan een klif, wat dus ook betekent dat je daar naartoe moet klimmen. Het is niet ver maar geen enkel ogenblik hebben we de handen van onze kinderen losgelaten. Je denkt echt continu: “Oh neen, één keer misstappen en ze liggen beneden.” De beloning is echter wederom groot. Wat een uitzicht…
Het Kalbarri National Park ligt trouwens aan de kustlijn dus naast het nationale park, word je her en der ook nog getrakteerd op prachtige stranden… De streek is dus echt meer dan de moeite om te bezoeken.
